Wanneer wij op de tolweg in Jakarta netjes op de linker rijstrook rijden, raast het andere verkeer ons van rechts én links voorbij. Ja, want in Indonesië gebeurt het niet zelden dat automobilisten de vluchtstrook gebruiken om in te halen. Vijf dingen waar je in Indonesië als automobilist rekening mee moet houden.

1. Regels?


In Indonesië rijdt men op gevoel. Verkeersregels zijn er wel, maar slechts weinigen houden zich daar aan. Inhalen via de vluchtstrook, met meerdere auto’s op een rijstrook rijden (iets wat regelmatig gebeurt in de file), geen richting aangeven wanneer je afslaat of inhaalt, zijn slechts enkele voorbeelden.

Rijden op de vluchtstrook.

2. Claxon


Onnodig claxonneren is in Nederland niet toegestaan en kan je een bekeuring opleveren.

In Indonesië wordt de claxon overvloedig door automobilisten gebruikt. Als de angkot (stadsbusje) te lang stilstaat om passagiers in- en uit te laten stappen; als voetgangers aanstalten maken over te steken, maar de automobilist geen vaart wilt minderen; als de automobilist ander verkeer geen voorrang wil verlenen; als het verkeerslicht, dat nog op rood staat, bijna op groen gaat, maar de voorste auto nog geen gas geeft.


Met andere woorden, in Indonesië dient de claxon ervoor om gebruikt te worden. Toeteren is de normaalste zaak in Indonesië.

3. In- en uit parkeren


In Indonesië word je op veel plekken geholpen bij het in- en uit parkeren. Een luxe, vinden wij zelf. Een parkeerwachter met een fluitje geeft je aanwijzingen hoe je je auto recht in het parkeervak krijgt. Dat doet hij of zij – maar toch meestal een hij - met handgebaren en kreten als kiri, kiri (links, links), kanan, kanan (rechts, rechts), terus-terus (doorrijden, doorrijden), ... stop!


En ook bij het afrijden van het parkeerterrein, krijg je hulp, zodat je ongestoord de weg op kan rijden. Als bedankje geef je de parkeerwachter wat kleingeld, meestal is dat 2000 tot 3000 rupiah. Op sommige plekken wordt 5000 rupiah gevraagd. Dat brengt ons meteen bij het volgende punt…

4. Geld


Iets wat je niet mag vergeten mee te nemen, is (klein)geld. Dit heb je nodig voor het betalen van de parkeerwachter of de verkeersregelaar (niet verplicht) die het andere verkeer voor je laat stoppen, zodat je bij bijvoorbeeld een U-bocht ongestoord kan doorrijden.


In het verleden betaalde je ook tol op de tolwegen met contant geld. Tegenwoordig hebben automobilisten daar een tolkaart voor nodig die je via je bankrekening kunt opladen. Opladen van de tolkaart kan ook bij de minimarkt zoals Indomaret of Alfamart.

5. Hoe meer hoe gezelliger


In Nederland mogen er in een auto niet meer personen vervoerd worden dan dat er veiligheidsgordels zijn. Dit betekent dat in de meeste auto's maximaal vijf personen mogen worden vervoerd, twee voor en drie achter.


In Indonesië gelden andere 'regels'. Passagiers die op de achterbank zitten, hoeven geen gordels te dragen. Even flink opschuiven, en dan kunnen er makkelijk nog een paar passagiers bij.