Bij opgravingen op het Indonesische eiland Sulawesi hebben archeologen twee unieke artefacten gevonden: tanden van een tijgerhaai die ongeveer 7000 jaar geleden als messen werden gebruikt. 


De twee haaientanden werden gevonden bij opgravingen in het kader van een gezamenlijk Indonesisch-Australisch onderzoeksprogramma. Archeologen zeggen dat de voorwerpen tot de Toalean-cultuur behoorden. Deze jagers-verzamelaarsgroep leefde zo'n 8000 tot 1500 jaar geleden in het zuidwesten van Sulawesi. 


Vroegste wetenschappelijke bewijs


De vondst, gepresenteerd in het wetenschappelijk tijdschrift Antiquity, is het vroegste wetenschappelijke bewijs wereldwijd dat haaientanden werden gebruikt in samengestelde wapens. Dat zijn wapens die uit meerdere delen bestaan. De oudste tot dan toe gevonden haaientanden die voor dat doeleinde werden gebruikt, dateren van 5000 jaar geleden, schrijft Live Science


Volgens het internationale team van archeologen zaten de gemodificeerde haaientanden ooit vast aan een lemmet. Mogelijk werden de voorwerpen gebruikt in een ritueel of bij oorlogsvoering. Het team archeologen denkt dat de haaientanden uit Sulawesi het eerste bewijs kunnen leveren dat een aparte klasse wapens in de regio Azië-Pacific al veel langer bestaat dan gedacht. 


Rotstekeningen


In het zuiden van Sulawesi worden bij opgravingen de meest bijzondere vondsten gedaan. Zo is in 2015 het skelet gevonden van een jonge vrouw die 7200 jaar geleden overleed. De vrouw, die ook tot de jagers- en verzamelaarsgroep Toalean behoorde, werd door archeologen omgedoopt tot Bessé. 


Het gebied staat bekend om de vele grotten met eeuwenoude rotstekeningen. Zo is dichtbij de grot waar de overblijfselen van Bessé zijn ontdekt, een minstens 45.500 jaar oude rotstekening gevonden van een zwijn. De eeuwenoude rotstekeningen op Sulawesi verschaffen veel informatie over het leven van de mens vóór de allereerste beschavingen in Zuidoost-Azië.